Door: A.W. Ruquer
[Waarschuwing vooraf: het complete verhaal bestaat uit drie delen. Wie vuurwerk verwacht zal geduld moeten hebben tot deel 3.]
(I)
Het regende. Natuurlijk regende het! Quinten luisterde naar het monotone getik van de druppels op het tentdoek en zuchtte. Op zijn rug, met zijn handen onder zijn hoofd gevouwen, staarde hij in het niets. Even daarvoor had hij op zijn telefoon gekeken… 3:48 uur. Hij zou moeten slapen, maar hij was klaarwakker. Naast zich hoorde hij zijn zus regelmatig ademhalen. Weer zuchtte hij. Jasmijn sliep altijd en overal… Waarom lukte het hem dan niet?
Hij dacht na over de afgelopen dagen. Vier dagen waren ze nu op deze camping, en het had bijna onafgebroken geregend. Bijna, ja, want gelukkig was het wel zonnig geweest toen ze de caravan en tent opzetten. Sindsdien was het een doffe ellende. Het was om moedeloos van te worden. Waren ze daarvoor naar Zuid-Frankrijk gereden!
Maar aan de andere kant: was het ooit wel eens anders in hun vakanties? Waar ze ook heen gingen, of het nou Texel was, of Italië, Kroatië, Turkije of Griekenland – elk jaar had het geregend. Hij kon zijn vrienden al weer horen schamperen, straks na de vakantie: “Hee Regenwolk! Leuke vakantie gehad?” Regenwolk was natuurlijk niet zijn echte achternaam, maar het leek er wel wat op, en zo’n woordgrapje was dan zo gemaakt.