Wederzijdse bescherming

4.2
(10)

(c) 2022, door P.D. Vile

Dit verhaal is oorspronkelijk verschenen onder de naam “Mutual protection” op https://www.lolicit.org/, waar ik het heb geschreven voor een schrijfwedstrijd met als verplicht thema: “Apocalypse!”. Vandaar de post-apocalyptische setting. Wie hoopt op een verhaal met de ene seks-scène na de andere kan beter verder klikken. Er komt seks in het verhaal voor, veel zelfs. Maar het is niet de hoofdmoot.

Tags: Man-meisje, vrijwillig, post-apocalyptisch

Veel leesplezier! En laat me vooral ook weten wat je ervan vindt. Dat kan (anoniem) via het reactieformulier hieronder, of via de chat. Als je liever helemaal niet op de site staat, dan kun je me ook mailen op P.D.Vile@protonmail.com.

Hoofdstuk 1: Alarm

“Oh nee! Waarom nu?”
De luide piep en het knipperende rode licht waren duidelijke signalen. Er was een alarm. Een dringend alarm.
Als Melvin ook maar iets had geleerd in zijn vijf jaar ervaring in de noodgevallen wachtdienst, dan was het dat een dringend alarm nooit goed nieuws was.

Melvin haatte maar één ding meer dan een dringend alarm. En dat was een dringend alarm nét een half uur voor het einde van zijn dienst.
Tien minuten. Tien extra rustige minuten, meer had hij niet nodig gehad. Als het alarm tien minuten later was geweest, dan had hij het vijf minuten kunnen negeren, zogenaamd door een plaspauze, en dan had zijn vervanger het mogen oplossen. Nu kon hij er niet onderuit om het zelf op te lossen.

Melvin raakte het scherm aan om het jankende geluid van het alarm uit te zetten en de details op het scherm te krijgen. Een zonnepaneel had een storing gerapporteerd.
Natuurlijk was het een zonnepaneel. Het was altijd een zonnepaneel. Die klote zonnepanelen konden ook nooit gewoon blijven werken zonder voortdurende aandacht. Melvin wist nu al wat hij zou aantreffen. Slordig werk van de reguliere onderhoudsdienst. Iedereen in onderhoud zou verplicht een week per maand wachtdienst moeten draaien. Dan zouden ze eindelijk snappen waarom ze hun werk beter moeten doen.

Melvin belde even snel zijn huiscomputer.
“Zeg het eens, Melvin?” vroeg de vriendelijke computerstem.
“Ik kom vandaag laat thuis. Wacht met koken en met voorverwarmen van de kamer. Ik bel als ik meer weet.”
“Begrepen!” antwoordde de stem.

Melvin wist dat zijn huis nu in energiespaarstand zou schakelen. Hij tikte nog even snel “Mee bezig” op het toetsenbord en liet het alarm en zijn notitie op het scherm staan, zodat zijn vervanger wist waar hij was.
Hij zuchtte. Tijd voor het meest gehate deel van zijn baan. Maar ook het deel dat de enige reden was dat hij zo geweldig betaald kreeg.
Tijd om naar Buiten te gaan.

Hoofdstuk 2: Buiten

Melvin betrad de exit zone. Hij kleedde zich uit en legde zijn kleren, netjes opgevouwen, in zijn kastje. Uitkleden was niet echt vereist, maar zeker wel aangeraden. De chemicaliën in de ontsmettingsdouche waren al vreselijk slecht voor het lijf. Kleren overleefden het niet. Dus nam niemand ze mee naar Buiten. Waarom zouden ze?
Nadat Melvin zijn beschermende pak had aangedaan nam hij rustig de tijd om goed te controleren dat alles was afgedicht. Hij sloot de helm en verlaagde even de druk in het pak om zeker te zijn dat er geen lekken waren. Daarna stapte hij in de sluis en wachtte, terwijl de schone lucht werd afgepompt. Een sissend geluid gaf aan dat Buitenlucht naar binnen stroomde, en toen ging de deur open.

Melvin bleef eventjes staan om zijn ogen te laten wennen aan het scherpe zonlicht. Hij was in een afgesloten, maar niet overdekt gebied. Al wist Melvin dat zijn pak hem beschermde tegen alle straling, hij voelde zich toch altijd ongemakkelijk daar, in de wetenschap dat hij was omringd door Buitenlucht, en direct blootgesteld aan zonlicht. Hij liep snel in de richting van het kleine parkeerterrein en stapte in een van de beschikbare kruipers.

Zodra de deur van de cabine dicht was, voelde hij zich iets veiliger. Onzin, uiteraard. De lucht in het voertuig was net zo vervuild als de lucht daarbuiten. Maar in elk geval brandde de zon niet meer rechtstreeks op Melvin. Hij wist dat zijn angst niet reëel was. Hij wist dat de zon waarschijnlijk het minst gevaarlijke was dat hij Buiten tegenkwam. Maar hij had lange tijd geleden al besloten zich niet te verzetten tegen zijn irrationele gevoelens.
Naar Buiten gaan was extreem gevaarlijk. Niemand met ook maar een greintje verstand zou naar Buiten gaan als ze dat konden vermijden. Buiten was voor de meeste mensen verboden. Niemand nam degenen die voor hun werk naar Buiten moesten iets kwalijk als ze af en toe raar deden of dachten. Hoe zouden ze anders met die druk om moeten gaan?

Tijd voor de laatste controles. De accu gaf 100% lading aan. Het kanon van het voertuig was geladen, met genoeg reserve munitie om zich door minstens vijf mutanten aanvallen heen te kunnen schieten, mocht dat nodig zijn. Twee geweren en een semi-automatisch handpistool in het wapenrek, allen met ruim voldoende kogels, maakten de uitrusting compleet. Hij was klaar voor vertrek.
Op het moment dat Melvin de motor startte, opende de buitenpoort van het parkeerterrein. Melvin reed het voertuig snel naar buiten, zodat de poort direct weer kon sluiten. De regel dat de poort zo kort mogelijk open moest blijven was er echt ingeramd. Nog steeds probeerden mutanten af en toe een weg naar Binnen te vinden. Hoe korter de poort open stond, hoe lager het risico.

Melvin keek om zich heen. Afgezien van de beschermende muren rondom Basis, direct achter hem, zag hij niets anders dan een kale woestenij. Het was moeilijk te geloven dat, slechts enkele tientallen jaren geleden, dit zo’n ander landschap was geweest. Melvin had foto’s gezien van North Carolina van vóór de Ramp, en die leken totaal niet op het landschap van nu.
“Het is wat het is,” zei hij tegen zichzelf, de mantra die steeds werd herhaald als mensen het over de oude tijd hadden. Die tijd was voorbij. Hij leefde nu en hier. En nu en hier had hij een opdracht: een zonnepaneel repareren. Hij kon maar beter vertrekken.

Hoofdstuk 3: Ongeluk

Melvin tikte op het scherm om de computer te activeren. Een kaart van de omgeving verscheen, en Melvin drukte zijn vinger op de plaats van het defecte zonnepaneel om de koers in te stellen. Het bekende zoemende geluid van de motor vertelde hem dat energie naar de circuits stroomde om het voertuig aan te drijven. Het begon te rijden, langzaam versnellend, totdat het zijn maximale snelheid van 80 kilometer per uur had bereikt. Melvin ging op het bankje zitten. Hij wist dat ze zeker drie uur onderweg zouden zijn. Hij sloot zijn ogen en probeerde in slaap te vallen.

Een hard schurend geluid rukte hem uit zijn slaap. Door een plotselinge stoot van de kruiper, gevolgd door een scherpe val, werd hij van de bank gegooid. Op het moment dat zijn lijf met kracht tegen het bedieningspaneel van het kanon werd geslingerd, hoorde hij een scheurend geluid, terwijl hij tegelijk een scherpe pijn in zijn borst voelde. Even leek hij in de lucht te zweven.

In een kort moment, dat een eeuwigheid leek te duren, kon hij door het kleine kijkglas naar buiten kijken. Hij zag dat het voertuig, zogenaamd volkomen veilig, bezig was in een diepe kloof te storten. Een fractie van een seconde later merkte hij dat de stof van zijn pak gescheurd was. De grote snee in zijn rechterschouder, waar bloed uit druppelde, was niet zijn grootste zorg. De rechtermouw van zijn pak was opengescheurd, en Melvin realiseerde zich zijn arm – nee, de hele binnenkant van het pak! – nu was blootgesteld aan de vergiftigde atmosfeer van het dorre Buiten.

En toen, nog in diezelfde fractie van een seconde, realiseerde Melvin zich dat hij op het punt stond om te pletter te vallen op de rotsen onder hem. Gezien de omstandigheden niet eens zo erg. Als de dood dan toch zijn lot was, dan zou een snelle splet op meedogenloze rots waarschijnlijk een veel betere manier zijn om te sterven, dan het langzame en pijnlijke proces dat de straling en vervuiling zou veroorzaken.

“Jammer,” dacht hij, “dat ik nu nooit zal weten wie dit jaar de Ketelbal cup wint.”

En toen besefte hij dat dit voor iemand die op het punt stond te sterven een vreselijke laatste gedachte was. Waarom zag hij niet zijn leven voorbij trekken, zoals in boeken staat? Hij zou nu moeten denken aan zijn vrienden. Niet aan Ketelb…

Een luid krijsend geluid van uit elkaar scheurend metaal op de rotsen. Scheuten van intense pijn in alle delen van zijn lichaam.

En toen … gelukzalig … niets.

Hoofdstuk 4: Levend

Het eerste dat Melvin voelde, toen er langzaam weer bewustzijn in zijn hoofd kwam, was een doffe pijn, overal in zijn lijf. Alsof hij de vorige dag tien wedstrijden gebokst had, en allemaal verloren. En daarna bemerkte hij een intense dorst, alsof hij al een dag niet meer gedronken had, of zelfs langer.
Hij wilde zijn ogen openen, maar zijn oogleden werkten niet mee. Hij wilde bewegen, maar zijn spieren weigerden dienst. Hij wilde spreken, wilde de huiscomputer vragen wat er gebeurd was, maar zijn keel produceerde alleen maar een rauw geluid,

Hij voelde iets koels op zijn lippen. Water. Nu pas realiseerde hij zich dat zijn uitgedroogde lippen aan elkaar vast geplakt zaten. Door het vocht lieten ze los, en hij kon zijn mond een stukje openen. Er stroomde meer verkoelend water in zijn mond.
Hij hoorde een stem. Een kinderstem.
“Slaap meer, meneer.”
Melvin ontspande, en viel weer in slaap.

Toen Melvin opnieuw wakker werd, voelde hij zich verfrist. De meeste pijn was weg, en het restje pijn kon hij makkelijker negeren dan zijn honger.
Hij probeerde zich te herinneren wat er gebeurd was. Een droom. Een droom van een kind dat hem water gaf en zei dat hij moest slapen. En daarvoor … wat was er gebeurd? Hij herinnerde zich dat hij naar Buiten ging om een zonnepaneel te repareren. Hij herinnerde zich … en toen opeens herinnerde hij zich het ongeluk.
Hij zou dood moeten zijn. Hij was toch te pletter gevallen op de rotsen? Dat alleen al had hem om moeten brengen. En zo niet, dan zouden de vervuiling en de straling dat wel gedaan hebben. Waarom was hij nog in leven? Was er een reddingsteam uitgestuurd? En hadden ze hem op tijd gevonden?
Maar hoe dan?

De volgende verrassing kwam toen hij zijn ogen opende. Hij lag niet in een ziekenhuisbed, en was ook niet thuis. Hij was in een rotsige grot, verlicht door een onregelmatig flakkerend roodachtig licht.
Hij draaide zijn hoofd naar links, waar het licht vandaan leek te komen, en hij zag dat de bron van het licht een ouderwets kampvuur was. En direct achter het kampvuur zag hij … een meisje.
Een jong meisje.
Een bloot jong meisje.

Hoofdstuk 5: Mutant

Melvin was onder de indruk van hoe mooi het meisje was.
Onverzorgd, lang rood haar omlijstte haar hartvormige gezicht, waarin vooral haar grote groene ogen opvielen. Haar felrode lippen vielen op, zelfs meer dan hun kleur rechtvaardigde, door het scherpe contrast met de bleke, bijna gele tint van haar huid.

Haar lippen krulden zich tot een warme glimlach, en haar ogen lichtten op toen ze zag dat Melvin wakker was.
“Dag meneer! Voel je je beter?”
Melvin herkende de stem direct. Het was dezelfde stem die hij in zijn droom had gehoord. Wat dan dus kennelijk toch geen droom was geweest?

Melvin gaf niet direct antwoord. Hij wilde eerst zijn gedachten wat ordenen. Maar in plaats van te focussen merkte hij dat zijn ogen een eigen wil ontwikkelden. Ze dwaalden af, van het gezicht van het meisje naar haar lichaam.
Ze was slank, maar niet mager. De spieren op haar armen en buik verraadden een leven met weinig luxe en veel hard werken. Haar borst was plat. Twee grote, donkeroranje tepelhofjes, versierd met kleine rode tepeltjes, markeerde de plaats waar ze op een dag zou uitgroeien tot vrouw. Ze zat in kleermakerszit, waardoor ze haar onvolwassen geslacht schaamteloos ten toon spreidde. Niets meer dan een gesloten spleetje, en toch al zo aanlokkelijk, omdat het normaal verborgen zou blijven tussen haar stevige benen.

En toen, opeens, maakten de zenuwuiteinden in Melvins trage brein eindelijk verbinding.
Haar gele huid. Ze was een …
“Mutant!” riep hij in paniek.

Zijn hand vloog in een reflex naar zijn heup, maar in plaats van zijn wapenholster voelde hij daar alleen zijn eigen blote huid. Hij keek omlaag en merkte nu voor het eerst op dat hij zelf net zo naakt was als het meisje. Hij lag op een bed van gedroogd gras, en was helemaal bloot.
Hij keek weer naar het meisje. Ze had een verdedigende houding aangenomen, maar keek vooral geschrokken en verdrietig.
“Niet bang zijn?” smeekte ze, “niet boos zijn?”
“Maar jij … jij … jij bent …”
“Ja. Ik ben nieuwvolk. Of mutant, zoals jij dat noemt.”
Ze spuugde de term uit, het was duidelijk dat ze een hekel had aan het woord.
“En jij bent oudvolk. Oudvolk, die ons, nieuwvolk, willen doden. En dus moet ik jou doden. Dat zeggen de Ouden. Het is wij of zij.”

Ze bleef even in stilte zitten, haar ogen in Melvins richting, maar haar blik ging dwars door hem heen, alsof hij er niet was. Toen sprak ze verder, haar stem nu zachter.
“Ik had je daar kunnen laten, weet je. In het wrak van je voertuig. Dan was je dood gegaan. Maar dat deed ik niet. Ik kon het niet. Je bent een mens, net als ik. Dus heb ik je gered.”
“Ik … Jij had … Ik was …”
Melvin onderbrak zichzelf, terwijl zijn hersens langzaam verwerkten wat hij had gehoord.
“Wacht! Jij hebt me gered?”
Het meisje knikte.

Hoofdstuk 6: Genezen

“Hoe dan?” was alles wat Melvin kon vragen.
“Gelukkig scheurde je voertuig helemaal open. Daardoor kon ik bij je komen en je er uit trekken. Je was zwaar voor mij. Maar het is gelukt. Ik heb je op mijn slee geduwd, om je naar deze grot te brengen. Hier zijn we veilig. En toen heb ik je genezen. Je was heel erg gewond.”
“Bedankt, dan.”
Melvin was blij dat zijn brein intussen ten minste helder genoeg was om er aan te denken om correct te reageren.
“Maar hoe heb je me genezen? Ik zie hier geen medobot. En ik dacht dat mutanten … Sorry. Ik dacht dat nieuwvolk geen medobots hebben. En ook geen elektriciteit.”
Hij merkte dat een klein hoekje van zijn brein nog steeds bezig was met een paar andere inconsistenties. Er was iets heel vreemd, vreemder nog dan genezen zonder medobot. Maar hij kon er niet zijn vinger achter krijgen wat het was. Nog niet.

“Hoe heb ik je genezen?”
Terwijl het meisje zijn vraag herhaalde, merkte Melvin hoe bedachtzaam ze klonk. Ze had dan wel het lichaam van een 9-jarig meisje, en de klank van haar stem paste daar ook bij, maar bedachtzame toon verraadde een wijsheid, of in elk geval een levenservaring, van iemand die minstens twee keer zo oud was. Misschien zelfs meer.
Het meisje tikje met een vinger tegen haar voorhoofd.
“Ik ben een genezer. Dat is mijn … kracht is wat de meesten zeggen. Ik noem het een gave. Maar de Ouden vinden het een vloek.”

Melvin had al geruchten gehoord. Dit was de bevestiging. De mutanten ontwikkelden speciale krachten. Een extra bedreiging, volgens de gouverneur. En toch leek het nu alsof hij zijn leven te danken had aan de krachten van dit mutanten meisje.
“Dus dat is zoiets als … als een mentale kracht? Je hebt me genezen met de kracht van je brein?”
Het meisje glimlachte terwijl ze haar hand verplaatste, van haar voorhoofd naar haar borstkas, waar ze twee handen tegen haar linker tepeltje drukte.
“Zo noemen de Ouden het. Een kracht van het brein. Maar ik denk dat het een kracht van het hart is. Als het in mijn hoofd was, dan kon ik het wel sturen. Maar dat kan ik niet. Ik genees iedereen in mijn buurt.”
Ze pauzeerde, en het was even stil terwijl Melvin de informatie verwerkte.
“Dus ik bracht je hier, in de grot. En ik bleef bij je, en toen genazen je wonden.”
“Maar … waarom?”
“Ik was in de buurt. Ik voelde je pijn. Je was aan het sterven. Als ik weg was gegaan, dan was je dood gegaan. Ik zou niet een mes in je lijf hebben gestoken en het gedraaid hebben om je te doden. Maar het zou hetzelfde zijn. Ik wil niet doden. Ik wil genezen.”

Melvin nam de tijd om dit te laten bezinken.
“Bedankt,” zei hij uiteindelijk.

Hoofdstuk 7: Bescherming

En toen, heel opeens, wist hij waar dat knagende gevoel in zijn hoofd over ging. De lucht. Hij was niet in zijn beschermende pak. Hij was blootgesteld aan Buitenlucht. De grot zou waarschijnlijk de meeste straling wel tegenhouden, maar hoe zat het met de vervuiling?
Hij móest het vragen.

“Ik dacht altijd dat muta … nieuwvolk geen luchtreiniging hebben? Hoe is jouw volk aan die tech gekomen? Bouwen jullie dat zelf? Ik snap dat grotten makkelijker te isoleren zijn, maar dan nog. Waar halen jullie de elektriciteit vandaan?”
Het meisje keek hem aan. Ze begreep duidelijk niet wat hij bedoelde.
“Isoleren? Lucht reinigen? Wat bedoel je, meneer?”
“De lucht, hier in de grot? Die moet op een of andere manier gereinigd worden. Buitenlucht is gevaarlijk. Vervuiling. Straling.”
Aan de glazige blik in de ogen van het meisje merkte hij dat ze geen woord begreep van wat hij zei.
“Ik ga dood als ik Buitenlucht inadem!”

“Oh, dat!”
De ogen van het meisjes lichtten op toen ze het opeens begreep.
“Ja, oudvolk zijn zwak. Jullie kunnen niet meer leven in de wereld. Nieuwvolk wel. Wij zijn aangepast. Wij overleven. Wij hebben geen tech nodig, zoals oudvolk.”
“Ja, precies! Dat bedoel ik. Hoe kan het dat ik nog leef?”
Ze keek hem aan met het soort blik dat je normaal alleen ziet bij ouders van een wel heel vasthoudende en begripsloze kleuter. Toen tikte ze opnieuw tegen haar hoofd en daarna haar borstkas, bij haar hart.
“Genezer.”
“Jouw kracht … je genezing … je hebt niet alleen mijn wonden genezen, maar me ook beschermd tegen de straling en vervuiling?”
“Uiteraard,” zei het meisje schouderophalend, “Ik zou geen goede genezer zijn als ik je dood laat gaan aan een beetje lucht. Ik bescherm je.”

Hoofdstuk 8: Naakt

Melvin voelde zijn hoofd tollen door alle informatie die hij had gekregen. En het meisje leek te merken dat het hem te veel werd.
“Niet meer praten,” zei ze simpeltjes, “je moet nu rusten. Eet en drink eerst, rust daarna. Je wonden waren diep. Ze hebben tijd nodig om helemaal te genezen.”
Bij het horen van die woorden realiseerde Melvin zich dat ze gelijk had. Opeens merkte hij hoe droog zijn keel was, en hoe leeg zijn maag. En ook dat zijn brein weer mistig aan het worden was, niet alleen door te veel informatie, maar ook gewoon omdat hij moe werd.

Het meisje stond op en liep in twee stappen naar een nis waar een rugzak stond. Toen ze Melvin haar rug toekeerde, zag hij haar billen. Ze waren niet breed en mollig, zoals bij een volwassen vrouw. Het waren de onontwikkelde billen van een kind, een beetje bol en lekker stevig. Hij was verbaasd dat een meisjeskont zo mooi kon zijn.
Toen ze bukte spreidden haar billen een beetje uiteen, en hij zag een klein gebobbeld gaatje, slechts vaag zichtbaar in het flikkerende licht van het kampvuur.

Ze had gevonden wat ze zocht en draaide zich weer om. Opnieuw werd Melvin getroffen door haar schoonheid. Ze was een mooi meisje, dat had hij al gemerkt. Maar nu zag hij in zijn gedachten opeens ook een prachtige jonge vrouw.
Maar toen voelde hij een beweging in zijn kruis, en herinnerde zich plotseling zijn eigen ontklede staat. Hij bedekte snel zijn mannelijkheid met zijn twee handen.
“Het spijt me,” mompelde hij, “ik was het vergeten. Ik heb geen kleren. Ik ben bloot.”
“Ja, dat weet ik,” zei het jonge meisje schouderophalend, terwijl ze naar de man toe liep wiens leven ze had gered, “en ik ook. Het is hier warm. En veilig. We hebben geen kleren nodig.”
“Maar … Maar je bent een vrouw. Een meisje, bedoel ik. En ik ben een man.”
Het meisje zweeg even. Maar toen klaarde haar gezicht op in een brede glimlach.
“O, dus het is waar wat de Meesters vertelden! Oudvolk denkt dat lichamen iets zijn om je voor te schamen, en houden ze bedekt. Maak je geen zorgen. Nieuwvolk weten wel beter. Lichamen zijn alleen maar dat: lichamen. Niets bijzonders.”

En toen liep ze dichter naar hem toe, onaangedaan door de aanblik van Melvins groeiende erectie, die zijn handen niet meer volledig konden bedekken. Ze stak haar handen uit om eten en drinken aan te bieden. Melvin had geen andere keuze dan zijn eigen handen te reiken, om de maaltijd aan te nemen.
Ze gaf hem een kruik, en toen hij een slok nam proefde hij schoon water. In zijn andere hand kreeg hij een tas. Hij opende hem, en vond wat fruit en twee reepjes gedroogd vlees.
“Het is niet veel, maar ik moet zuinig doen. Ik kan nu niet nieuw halen. We kunnen nieuw voedsel zoeken als je beter bent. Eet nu. Drink nu. En dan slapen.”

Het meisje liep terug naar de nis, rommelde nog wat, en kwam toen terug met een tweede voedselzak. Ze keerde terug naar waar Melvin lag en ging naast hem zitten, duidelijk niet meer bang, en begon haar eigen eten te eten.
Zwijgend aten ze samen, en deelden de kruik, totdat ze beide verzadigd waren. Toen stopte het meisje de kruik met de rest van het water terug in haar rugzak, terwijl Melvin zich languit op zijn geïmproviseerde bed uitstrekte.

“Slaap nu, meneer,” herhaalde het meisje, “en ik zal genezen. Als je weer wakker wordt, ben je helemaal beter.”
“Bedankt,” mompelde Melvin, terwijl hij zijn handen achter zijn nek vouwde.
“O, en trouwens, je hoeft me geen meneer te noemen. Mijn naam is Melvin.”
“Iole,” antwoordde het meisje.
En toen ging ze dicht naast Melvin op het grasbed liggen, sloeg haar kleine arm over zijn sterke borst, en vouwde haar ranke lijfje tegen zijn zij.

Hoofdstuk 9: Dichtbij

Melvin rolde geschrokken weg van Iole, helemaal naar de rand van het geïmproviseerde bed.
“Ga je daar slapen?”
“Ja,” knikte het meisje.
“Heb je dan geen eigen bed?”
Iole glimlachte, en wees naar de andere kant van de grot, waar Melvin een soortgelijk maar kleiner grasbed zag.
“Waarom slaap je daar dan niet?”
Ze tikte op haar hoofd en raakte toen haar borst aan, zoals ze eerder had gedaan.
“Genezing. We moeten dicht bij elkaar zijn.”
“Dus we hebben eerder ook zo geslapen?”
Iole knikte.
“Uiteraard.”

Melvin zuchtte, maar accepteerde zijn lot. Hij probeerde een comfortabele houding te vinden, liggend op zijn rug, dicht tegen de grotwand gedrukt, om Iole zo veel mogelijk ruimte te geven. Maar tot zijn verbazing schoof ze dichterbij, en drukte haar warme lijfje stevig tegen het zijne.
“Moet je …,” zijn stem weigerde even, en hij schraapte zijn keel, “moet je echt zó dicht bij zijn?”
Ze knikte opnieuw, en legde haar hoofd op Melvins schouder en haar linkerarm op zijn borst.
“Ja. Is dat een probleem? Je klinkt bang?”

Melvin huiverde toen hij de warmte van het lichaam van het meisje voelde, de zachtheid van haar huid. Het gevoel van haar arm op zijn borst, bijna een tedere streling. Streelde ze hem echt? Hij voelde dat haar hand inderdaad zachtjes over zijn borst streek, naar beneden bewoog, langs een litteken, een herinnering aan zijn recente ongeluk. Haar vingers naderden langzaam zijn buik, op een zachte, plagende, bijna liefdevolle manier.
Het voelde goed, veel beter dan het zou moeten voelen. Hij voelde zijn lichaam reageren. Hij voelde het bloed naar beneden stromen, naar zijn kruis. Hij hoopte dat Iole niet zou zien hoe zijn mannelijkheid overeind begon te komen. Of, als ze dat wel merkte, dat ze niet zou snappen waarom.

En juist op dat moment keek ze naar beneden, en een brede glimlach verscheen op haar gezicht.
“Oh, maar ik zie dat je het juist fijn vindt!”
En opeens bewoog haar hand sneller, langs Melvins buikspieren, en ze greep zijn lul stevig tussen haar zachte vingers. Zijn pik groeide onmiddellijk verder, tot maximale grootte en hardheid, en een kreun ontsnapte uit zijn mond. Maar daarna herwon hij toch zijn zelfbeheersing.

“Iole, nee. Je moet dit niet doen. Het is fout.”
Haar hand, die net zachtjes langs Melvins voorhuid op en neer streelde, hield stil.
“Niet? Voelt het niet fijn? Waarom ben je dan hard?”
“Het voelt wel fijn,” gaf Melvin aarzelend toe, “heel fijn. Maar het is …”
Hij zuchtte diep en kreunde toen Iole de beweging van haar hand hervatte, zijn voorhuid naar achteren trok en hem toen weer over zijn gevoelige eikel duwde.
“Het is verkeerd. Je bent te jong.”
“Verkeerd? Waarom? Jij vindt het fijn. Ik vind het fijn. Waarom is het verkeerd?”

En zonder een antwoord af te wachten bracht het jonge meisje ook haar tweede hand naar beneden, en begon Melvin nu écht af te trekken. Het was heel duidelijk dat dit niet haar eerste keer was.

Hoofdstuk 10: Dichterbij

Melvin voelde hoe zijn weerstand afbrokkelde, en er kam nog een tevreden kreun over zijn lippen. Zijn penis begon voorvocht te lekken, dat Iole vakkundig over de paarse kop van Melvins gezwollen mannelijkheid uitsmeerde. En zijn linkerarm vond, geheel uit eigen beweging, op de een of andere manier een pad om het jonge meisje heen. Hij zag hoe zijn arm haar lichaam tegen het zijne aantrok. Hij voelde de zachte huid van haar billen toen zijn hand haar daar aanraakte en streelde.

Maar toen, plotseling, stopte Iole met aftrekken, en keek Melvin aan, een geschrokken blik op haar gezicht.
“Te jong. Je zei dat ik te jong ben. Waarom?”
“Te jong voor … dit,” zei hij, met een vaag gebaar, bedoeld om aan te geven wat ze aan het doen waren.
“Voor seks?”
“Ja, voor seks! Kinderen mogen geen seks hebben. Dat is voor volwassenen.”
Er verscheen een diepe frons op Ioles gezicht toen ze deze nieuwe informatie probeerde te verteren.
“Dat begrijp ik niet. Seks is leuk. Mogen oudvolk kinderen geen plezier maken?”

Melvins mond sloot zich, ging open, en toen weer dicht. Hij wilde reageren, wilde haar uitleggen hoe fout ze het had. Maar hij kon het niet. Dit mutanten meisje, een kind nog maar, had slechts drie woorden geuit, die zijn hele 38 jaar opvoeding, zijn hele kijk op seks, onderuit haalden.
“Seks is leuk,” herhaalde hij ten slotte, “ik … Het is vreemd. Zo heb ik er nooit over nagedacht.”
Iole glimlachte.
“Jullie oudvolk zijn raar.”

En toen rolde ze bovenop hem, schrijlings op zijn lijf. Melvin voelde zijn kloppende lul stevig tussen zijn buik en Ioles kutje ingedrukt. Hij voelde de warmte van haar kutje afstralen, maar ook haar vocht. Het was duidelijk dat dit meisje nat was, heel nat. Klaar om hem te ontvangen, en willig om hem te ontvangen.
“Kunnen we nu neuken, men … Melvin?”
“Heb ik een keuze?” vroeg Melvin, zich ervan bewust dat hij waarschijnlijk sterk genoeg was om het meisje van zich af te werpen, maar zich er ook van bewust dat hij haar geen pijn wilde doen.
“Natuurlijk. Als je niet wilt, dan zeg je dat gewoon. Ik kan je pijpen, of je laten klaarkomen met mijn handen. Of we kunnen niets doen. Maar ik hoop dat je wilt neuken. Ik weet dat ik dat wil. Het is lang, te lang geleden.”

Melvin voelde zijn laatste weerstand wegsmelten. Alleen al het gevoel van haar gladde, haarloze kutje tegen zijn harde lul maakte hem gek. Zo nat, zo warm, zo lekker! Maar zijn geest, gevormd door bijna vier decennia in een andere realiteit, met andere regels, had nog een laatste bezwaar.
“Maar waarom ik? Waarom een man die oud genoeg is om je vader te zijn?”
“Waarom niet?” was het simpele antwoord van Iole.
En toen krulden haar lippen een beetje.
“Jij bent hier. Je hebt een pik. Ik wil een pik in mij. Is dat niet reden genoeg?”

Hoofdstuk 11: Dichtstbij

Die simpele logica vernietigt het laatste restje van Melvins weerstand. Hij keek naar Ioles gezicht, en zag in haar ogen dat zij net zo goed wist als hij wat zijn antwoord was. Er waren geen woorden meer nodig.

Iole tilde haar lichaam op. Melvins hand vond zijn harde staaf. Hij tilde hem op, en richtte hem op de heilige graal van Ioles jonge lichaam. Terwijl ze zich langzaam liet zakken, richtte Melvin op het doel, totdat hij de natte en zachte weerstand van haar schaamlippen voelde, omdat ze zijn eikel raakten. Maar het meisje stopte haar beweging omlaag niet. Zonder aarzelen liet ze haar lichaam verder zakken. En Melvin voelde hoe haar lipjes zich uitrekten, van elkaar weken, om plaats te maken voor deze zo gewenste indringer.
Zonder aarzelen zette het meisje haar neerwaartse beweging voort. Naarmate meer en meer van zijn pulserende mannelijkheid in Ioles pleziergat verdween, kon hij een kreun niet onderdrukken. En toen voelde hij hoe zelfs zijn benen ongecontroleerd begonnen te schokken en te trillen van puur genot.

“Helemaal er in,” zei Iola nuchter, terwijl Melvin het gewicht van haar lichaam op zijn heupen voelde drukken, “en het voelt fijn.”
Ze hield een tijdje stil en sloot haar ogen, kennelijk gefocust op de sensaties die haar onderlichaam aan haar doorgaf. Toen opende ze ze weer, keek naar Melvins gezicht, en een brede glimlach verlichtte haar gezicht.
“Zie je wel? Ik zei toch dat dit leuk is!”
En toen begon ze haar lichaam op en neer te bewegen. Zijn toch al overgestimuleerde pik werd bevrijd uit haar satijnen bankschroef, en dan opnieuw weer opgeslokt, en nog eens, en nog eens.

Melvins ogen rolden in zijn oogkassen toen het heerlijke gevoel rond zijn pik explodeerde. Warm en nat en strak, alsof zijn eikel werd gemasseerd door duizenden kleine fluwelen tongen.
Hij bewoog zijn handen. Zijn rechterhand vond haar platte borst, haar parmantige tepeltjes. Zijn linkerhand streelde haar rug, volgde haar schouderblad, streelde haar ruggengraat en kneedde toen speels haar billen, zo zacht en toch zo stevig tegelijk. Haar eigen hand vond haar kleine clitoris, die ze begon te masseren voor extra stimulatie, terwijl ze haar nieuwe minnaar neukte. Haar andere hand streelde zijn romp, draaide kleine krulletjes in de haren op zijn borst, streelde zijn buik, waarbij ze zorgvuldig de laatste nog genezende littekens vermeed.

Ze had het inderdaad nodig. Erg nodig. Dat werd duidelijk toen ze, veel sneller dan Melvin had verwacht, haar hoofd achterover gooide, en woorden schreeuwde die hij niet kende. Haar lichaam spande zich, haar rug trok krom, en toen voelde hij hoe de spieren in haar vagina zijn lul nog harder klemden, samentrekkend en pulserend, waardoor het voor hem nóg lekkerder voelde. Zo veel lekkerder dat ook Melvin nu over het randje werd geduwd. Hij voelde zijn ballen samentrekken, voelde de warmte van zijn zaad toen het door zijn schacht omhoog schoot, om vervolgens in het onrijpe lichaam van zijn jonge minnares te schieten.

En toen liet Iole zich op hem vallen. Haar kleine lichaam, nu helemaal bezweet, bovenop zijn sterke borst. Hij sloeg twee armen om haar heen, streelde haar rug, aaide haar haar, en grijnsde van oor tot oor toen hij zag dat ze haar ogen opende en naar hem glimlachte,
“Zie je? Ik zei het toch! Seks is leuk.”
“Ja,” gaf Melvin toe, “ja, dat is het.”

Eigenlijk had hij gehoopt dat ze op hem zou blijven liggen. Maar ze rolde van hem af en ging weer naast hem liggen, drukte zich weer tegen zijn zijkant, en vouwde haar arm weer over zijn borst.
“Maar nu moet je slapen, meneer Melvin. Genees nu. Morgen meer seks.”

Hoofdstuk 12: Wakker

Toen Melvin wakker werd, voelde hij zich verkwikt, en beter dan hij zich in lange tijd had gevoeld. Hij opende zijn ogen, tilde zijn hoofd op, en keek naar beneden, om zijn lichaam te inspecteren. De littekens die hij gisteren nog had gehad, op zijn borst, armen en benen, waren nu allemaal weg.

Hij glimlachte bij de herinnerde aan hoe Ioles vingers gisteren dat diepe litteken hadden gevolgd. Hij herinnerde hoe zeker hij was geweest dat het fout zou zijn om de dingen te doen die ze zo duidelijk wilde doen. Maar hij herinnerde zich ook haar gezicht toen ze zichzelf tot orgasme reed op zijn lul, de glimlach op haar lippen, het plezier in haar ogen, terwijl ze, om haar eigen woorden te gebruiken, plezier maakte.
En ja, het was inderdaad fijn geweest. Ook voor hem. Dat kon hij niet ontkennen. Diep van binnen voelde hij zich nog steeds een beetje schuldig over … dit. Hij wist niet hoe hij het moest beschrijven. Misbruik van een kind, zou hij het gisteren nog hebben genoemd. Maar nu niet meer. Hij had geen misbruik van haar gemaakt. Noch zij van hem. Of misschien juist allebei?
Ze had het gewild. Hij had het ook gewild. Nou ja, uiteindelijk, nadat Iole hem had overtuigd. Hij grinnikte.

Toen keek hij naar links. Daar lag ze. Zo mooi in haar slaap. Hij bewonderde de vorm van haar gezicht, haar platte borst, die zachtjes op en neer ging door haar rustige ademhaling. Nu pas merkte hij dat de gele kleur van haar huid, die hem gisteren zo had doen schrikken omdat het haar als mutant identificeerde … nee, als nieuwvolk … dat die kleur haar eigenlijk prachtig stond.
Haar rechterbeen lag gestrekt. Haar linkerknie was opgetrokken, viel naast haar lichaam, haar linkervoet vlak bij haar rechterknie. Vanuit Melvins positie kon hij alleen de lichte zwelling van haar perfect haarloze en gladde schaamheuvel zien. Maar hij wist dat, door de spreiding van haar benen, haar lipjes nu waarschijnlijk een beetje uit elkaar stonden. Vanuit een andere positie zou hij waarschijnlijk tussen haar buitenste schaamlippen kunnen kijken, om de prachtige schatten tussen die plooien te bewonderen. Haar binnenste schaamlippen, haar gevoelige knopje, nu waarschijnlijk afgeschermd in het kapje, en de ingang naar haar binnenste, waar hij gisteren zo van had genoten.

Langzaam, voorzichtig, om het slapende meisje niet wakker te maken, kwam hij overeind en zocht een andere houding, waarin hij haar kostbare schoonheid beter kon bewonderen. Hij vond een plaats op zijn knieën, net naast haar rechtervoet, bijna haar linkeronderbeen aanrakend. Hij leunde naar voren om het beter te kunnen zien.
De werkelijkheid was zelfs nog beter dan de fantasie. Het kutje van dit prachtige jonge meisje was, in Melvins ogen, de definitie van perfectie. In het wazige licht van de grot zag hij een lichte vochtigheid op haar lipjes. Niet veel, maar genoeg om hem te doen afvragen of ze een leuke droom had?

“Mooi uitzicht, Melvin?”
Haar zachte stem onderbrak zijn gedachten, en terwijl hij opkeek, zag hij het meisje op hem neerkijken, een gelukkige en trotse glimlach op haar gezicht.
“Je bent mooi daar beneden, Iole!”
“Alleen daar beneden?”
Haar lach gaf aan dat ze beter wist. Ze was aan het plagen. Maar Melvin reageerde serieus.
“Nee, alles aan jou is mooi. Maar dit deel van je had ik nog niet echt goed bekeken.”
“Je mag zo veel naar mijn kutje kijken als je wilt, Melvin. Maar ga je het ook neuken?”

Melvin glimlachte. Zijn laatste twijfel verdween. Hij begreep het nu, ze had gelijk. Seks is leuk. En seks zou niet moeten afhangen van leeftijd, alleen van willen. Hij begreep zijn oude bezwaren niet meer, en omarmde zijn nieuwe kijk op de wereld nu volledig.
“Nee. Nee, Iole. Ik ga het niet neuken. Maar ik ga er wel iets anders mee doen.”

Hoofdstuk 13: Likken

Hij aarzelde niet. Hij vroeg het niet. Hij wist al wat ze zou zeggen, dus dat was niet nodig.

Hij liet zijn hoofd zakken, en kuste de zachte huid van haar venusheuvel. Toen ging hij naar beneden, terwijl zijn tong een spoor van speeksel achterliet op de korte route van haar heuvel naar haar lippen.
Hij streek zachtjes met het puntje van zijn tong over haar buitenste lippen, genietend van de frisse zoetheid van haar smaak. Toen duwde hij een beetje, liet zijn tong tussen haar schaamlippen glijden en likte de binnenkant van haar kutje, op en neer, en toen weer omhoog. Nog een paar likjes en toen rustte zijn tong op het knopje bovenaan, waar haar clitoris nu rechtop stond, buiten de kap, blootgesteld aan zijn delicate likjes.

Luid kreunend spreidde Iole haar benen wijd, waardoor Melvin volledige toegang kreeg, een uitnodiging om alles te doen wat hij wilde. Haar handen klauwden in zijn haar, duwden zijn gezicht stevig tegen haar lijf, terwijl haar heupen op en neer gingen en haar rug kromde.
Melvin aarzelde niet. Hij plantte zijn open mond vol op het onvolwassen geslacht van het meisje. Hij zoog de heerlijke vloeistoffen op, likte haar binnenste lippen, duwde zijn tong in haar nauwe gaatje, bewoog hem toen weer terug naar haar clit, tikte er tegen en zoog erop, waardoor ze het uitgilde van genot.

Zo ging hij nog een paar minuten door. Hij bleef zijn snelheid en bewegingen variëren, en deed zijn best om het meisje zoveel mogelijk plezier te bezorgen. Hij hoorde haar kreunen, merkte hoe ze ongecontroleerd bewoog en schokte, proefde haar zweet en haar sapjes. Hij wist dat ze dichtbij kwam.
Eén hand masseerde haar borst, en speelde met haar parmantige tepels. De ander vond haar nu kutje. Met zijn tong nu volledig op haar clit, duwde hij eerst één, daarna twee vingers diep in het kleine meisje. Hij pompte ze een paar keer in en uit, en merkte met vreugde hoe ze nog meer begon te kreunen en te schokken. Toen krulde hij zijn vingers, bewoog ze, op zoek naar die gevoelige plek waarvan hij wist dat die daar ergens in haar zat.

Haar hele lichaam spande zich aan. Opnieuw ging haar mond open, en maakte luide geluiden die Melvin niet verstond. Maar hij hoefde de woorden niet te begrijpen, haar lichaam vertelde hem alles wat hij moest weten. Ze kwam klaar, en ze kwam hárd klaar!
Maar Melvin stopte niet. Hij bleef aan haar clitje likken en zuigen, wisselde af tussen ruwe bewegingen van zijn vingers in en uit haar kut, en zachte strelingen van haar gevoelige binnenkant, bleef haar kleine tepels masseren, terwijl golf na golf van plezier het lichaam van het jonge meisje deed kronkelen van genot.
Haar orgasme nam af. Maar Melvin ging door. Hij wilde meer dan één orgasme aan dit meisje geven, en dus bleef hij haar zo goed hij kon stimuleren.

Het duurde maar een paar minuten voordat het kleine meisje weer een orgasme kreeg, en toen een derde, en een vierde. Melvin genoot van elke minuut hiervan. Zijn tong deed pijn, zijn vingers werden moe, maar het zien en horen van het plezier van dit jonge schatje, het proeven van haar sappen terwijl ze maar bleef vloeien op zijn dorstige tong, dat maakte het allemaal de moeite waard.

Maar uiteindelijk, na haar vijfde orgasme, kon Iole niet meer hebben. Ze drukte haar vermoeide handen tegen Melvins voorhoofd om hem weg te duwen. Melvin had makkelijk weerstand kunnen bieden, maar dat deed hij niet. Hij wist dat hij door kon gaan, maar dat ze er dan niet meer van zou genieten.
Seks is leuk. Seks hoort leuk te zijn. Te veel zou niet leuk zijn.
Hij stopte, en keek naar het jonge meisje, dat languit op het grasbed lag. Haar lichaam een zwetende puinhoop, haar gezicht een grote glimlach. Moe, maar enorm voldaan.

“Neuk me nu,” hijgde ze, “jij moet ook klaarkomen! Of wil je dat ik je pijp?”
Ze probeerde op te staan, probeerde zijn lul te pakken, maar Melvin duwde haar gewoon terug.
“Dat pijpen komt wel een keer. Deze ochtend was het mijn beurt om jou te verwennen. Dus ga gewoon lekker liggen, en ontspan.”
“Maar ga je me dan wel neuken? Alsjeblieft?”
“Wordt het dan niet teveel voor je?”
Ze keek naar Melvins lul, die al keihard was en waar grote hoeveelheden voorvocht uit lekten.
“Zo kan ik je niet laten zitten. Ik wil dat jij ook klaarkomt. Kom alsjeblieft in me klaar. Ik kan het hebben!”

Melvin liet zich makkelijk overhalen. Hij was al een paar keer bijna klaargekomen, zonder zelfs maar enige stimulatie, gewoon van de opwinding om dit mooie jonge meisje keer op keer te zien klaarkomen, van de heerlijke smaak, en vooral van de wetenschap dat het zijn tong en zijn vingers waren die haar dit plezier gaven. Hij was er aan toe om ook zelf klaar te komen.
Hij zocht een plek tussen Ioles benen, richtte zijn keiharde lul op haar kletsnatte kutje, en duwde hem in één snelle beweging helemaal naar binnen. Toen trok hij hem er weer uit, en ging weer opnieuw naar binnen.
Het kostte niet meer dan drie stoten om hem over de rand te drijven. Iole kwam niet meer klaar, maar Melvin zag wel de trots en vreugde in haar ogen toen hij meerdere stralen sperma diep in haar gretige vagina spoot.

Hoofdstuk 14: Meer

Melvin plofte op zijn rug op het grasbed, moe van de uitgebreide ochtendseks. Maar hij had nog genoeg kracht in zijn armen om de nu totaal uitgeputte Iole op te pakken, en haar op zijn borst te leggen. Zijn handen streelden haar haren en haar rug, en zijn mond plantte talloze kleine kusjes op haar voorhoofd.

“Dat was echt fantastisch,” zei hij, “vanochtend, maar ook vannacht. Ik weet niet waar ik zoveel geluk aan heb verdiend. Maar het is echt heerlijk om deze dingen met je te doen.”
Het meisje slaakte een tevreden zucht.
“Je denkt te veel, Melvin. Misschien verdien je dit helemaal niet. Maar je hebt het toch. Jij leeft, omdat ik hier was. Ik genees. Anders was je dood gegaan. En we hadden seks omdat ik seks wilde. En jij was hier. Dus ik heb je geneukt.”
“Maar misschien was het het lot?” vroeg Melvin zich hardop af, “Misschien was het de bedoeling dat we elkaar zouden vinden?”

“Lot?”
Het meisje snoof, een lach die volkomen cynisch klonk, totaal anders dan alles wat Melvin eerder van haar had gehoord.
“Er bestaat geen lot. Alleen toeval. Het lot is als mensen proberen een reden te vinden voor toeval. Er is geen reden. Dingen gebeuren gewoon, zomaar.”
En toen lachte ze weer, het cynisme verdwenen, opnieuw het vrolijke meisje dat ze tot nu toe steeds was geweest.
“En nu gaan we zwemmen. Er is een meer net buiten de grot. We zwemmen om het sperma en zweet weg te spoelen, en daarna eten we!”

Ze zwommen. Iole, een jong meisje, speels, vrolijk, genietend van elke ervaring en elke sensatie. Haar gelach en gegiechel galmde door de kale wereld, terwijl Melvin haar achtervolgde, haar ving, en haar hoog in de lucht gooide, zodat ze met een plons in het verfrissend koude water viel. En Melvin, onzeker over wat verder te doen, zich afvragend wat er van zijn leven was geworden. Maar hij sloot nu eerst die gedachten buiten, terwijl hij zich verwonderde en genoot van de bundel van vreugde die het lot – of het toeval – in zijn leven had gebracht.

Iole vulde de kruik weer bij met het water uit het meer. Ze verzekerde Melvin dat haar genezende kracht sterk genoeg was dat ze dit zonder zorgen konden drinken. Daarna gingen ze weer naar binnen, en deelden het laatste restje vlees.
“Je bent net op tijd beter,” merkte Iole op, “want het eten is op. Je moet jagen, zodat we weer vlees hebben. Ik kan fruit plukken. Maar ik kan niet jagen. Dat moet jij doen.”
“Hoe dan? Ik heb geen wapens. Ik weet niet hoe ik moet jagen.”
Iola rommelde in haar rugzak en haalde een klein handpistool tevoorschijn.
“Nu heb je wel een wapen. Wij nieuwvolk hebben nog wel iets aan tech. We kunnen het niet maken, maar we kunnen wel gebruiken wat we vinden.”

Hoofdstuk 15: Tranen

Ze stonden buiten de grot. Iole wees naar de struiken bij de ingang.
“Ik blijf hier om fruit te plukken. Jij gaat in die richting. Blijf lopen. Niet schieten, ook al zie je dieren.”
“Waarom niet?”
Iole negeerde zijn vraag.
“Ga door tot je de lucht voelt. Daar stopt mijn bescherming. Ga dan terug naar waar ik je nog bescherm. Als je weet waar mijn bescherming stopt, kan je schieten op dieren buiten de grens.”
“Kunnen we niet gewoon samen gaan? En later samen fruit plukken? Je hoeft niet te schieten of zelfs maar te kijken. Blijf gewoon bij me.”

Iole keek hem aan met een blik vol ongeduld en irritatie, tikte daarna weer snel op haar hoofd en op haar hart.
“Heb je dan niet geluisterd? Ik genees. Ik genees alles en iedereen. In de hele omgeving om me heen. Ik kan het niet uitschakelen. Jij schiet een dier neer, het herstelt. Je krijgt nooit vlees. Tenzij je letterlijk z’n kop eraf trekt, dat is het enige dat ik niet kan genezen.”

En toen betrok opeens haar gezicht, en tranen stroomden over haar wangen. Verbijsterd keek Melvin haar aan, niet wetend wat te doen. Tot een eeuwenoud instinct de kop opstak, en hij deed wat bijna elke volwassene doet die een huilend kind ziet. Hij omhelsde haar, tilde haar op, en hield haar in zijn sterke armen terwijl ze haar hoofd op zijn schouder legde en haar tranen liet stromen.
Minutenlang huilde ze, en liet haar emoties de vrije loop, terwijl Melvin haar onhandig op de rug klopte en wachtte tot ze weer kalmeerde.

Nog een laatste snuffel, en toen rechtte Iole haar nek. Ze kuste Melvin op zijn wang.
“Bedankt. Maar zet me nu maar weer neer. We moeten nog jagen. Jij moet jagen.”
“Maar … sorry, maar waar ging dat over?”
“Niet belangrijk. Laat maar zitten. Misschien later. Nu moet je jagen.”

Melvin zette Iole weer op de grond.
“Zeker weten?” vroeg hij.
Iole knikte, terwijl ze de laatste tranen van haar gezicht wreef, maar tegelijkertijd haar schouders rechtte. Rechtop staand straalde ze weer zelfvertrouwen uit.
“Zeker weten!”

Melvin nam het pistool en begon te lopen. Maar toen bleef hij opeens staan en draaide zich om.
“Wacht! Er is iets … iets dat niet klopt.”
“Wat dan?”
“Je bescherming. Je zegt dat het overal om je heen is. Maar gisteravond, toen je in mijn bed stapte, zei je dat we dichtbij elkaar moesten zijn.”
Iole glimlachte.
“Ik loog. Ik wilde gewoon dichtbij zijn. Ik wilde je in me voelen. Ik wilde neuken. Ben je boos?”
Melvin ging voor het meisje op zijn knieën zitten, nam haar gezicht tussen zijn grote handen en trok haar naar zich toe voor een kus op haar voorhoofd.
“Nee. Nee, ik ben niet boos. Het was fijn.”

Hoofdstuk 16: Jacht

En toen stond Melvin op, draaide zich om, en liep weg. Elke keer dat hij over zijn schouder keek, stond ze daar gewoon, armen in haar zij, benen gespreid, schouders recht, vertrouwen uit te stralen. Hij wist dat het goed zou komen met haar. Ze had een moment van zwakte gehad, en hij had haar getroost. Nu was ze weer oké. En uiteindelijk kwam het moment dat hij omkeek en haar niet meer zag. De afstand was te groot, er waren te veel planten en bomen die haar aan het zicht onttrokken. En waarschijnlijk zat ze nu gehurkt naast de struiken bessen te plukken.

Melvin liep door. Hij wist niet wat hij moest verwachten. ‘Totdat je de lucht voelt’, had ze gezegd. Hij had geen idee wat ze bedoelde. Hij voelde altijd de lucht. Het was warm, fijn. Warm genoeg dat hij ook zo, zonder kleren, nog comfortabel was; koel genoeg dat hij niet zweette.

En toen, opeens, voelde hij het. Van de ene stap op de andere voelde de lucht zwaar. Het brandde in zijn longen. De zon, die warm en aangenaam had gevoeld, was ondraaglijk heet. Het was alsof er opeens blaren ontstonden op zijn huid. Zijn longen vochten om lucht, hij kon nauwelijks ademen.
Met zijn laatste kracht worstelde Melvin om weer wat controle over zijn lichaam te krijgen. Hij draaide zich om, en viel meer dan dat hij liep terug naar waar hij vandaan kwam.
En direct voelde hij zich weer goed.

Twee diepe ademteugen later kon Melvin alweer opstaan. Hij verstopte zich achter een paar struiken, hield het pistool in de aanslag, en hield toen stil. Hij had zonet veel lawaai gemaakt. Het zou een tijdje duren voordat de dieren weer uit hun schuilplaatsen zouden durven komen.
Het duurde lang, maar toen zag hij toch een klein, konijnachtig dier verschijnen. Maar hij bleef wachten. Het pistool was een snelvuurmodel. Het dier was vrij klein. Er één neerschieten zou nauwelijks genoeg vlees opleveren voor één of twee dagen. Hij wilde wachten tot er meer dieren in zicht waren, en dan proberen er een paar neer te schieten voordat ze weer vluchtten.

Het duurde lang. Melvin begon al te twijfelen aan zijn aanvankelijke theorie, dat dit een kuddedier was, en dat dit eerste dier een verkenner was, uitgezonden om te controleren of de kust weer veilig was voordat de rest zou volgen. Maar toen, net toen hij op het punt stond zijn lot te aanvaarden en slechts één klein dier te schieten, verscheen er een tweede. En een derde. En daarna nog meer, totdat er tientallen van deze kleine knaagdiertjes in zicht waren.
Melvin ademde langzaam en geluidloos. Hij probeerde zijn zenuwen te kalmeren. Net als de schietbaan, hield hij zichzelf voor, al wist hij dat hij daar alleen maar beelden zag die door de computer werden gegenereerd. Maar hij wist ook dat de natuursimulaties bijzonder realistisch waren.

Hij richtte op een zeer groot exemplaar dat dicht bij een paar anderen stond. Dat was zijn eerste doelwit.
“BENG!!!!”
Het schot resoneerde luid door het landschap, terwijl het dier dood op de grond viel, en alle andere dieren in een wilde razernij alle kanten op begonnen te springen.
“BENG!!!! BENG!!!! BENG!!!! BENG!!!! BENG!!!!”
Nog vijf schoten. Melvin wist dat hij meer kogels had, maar de dieren waren weg. Ze waren haastig weg gerend, terug in hun schuilplaatsen. Hij wist dat hij er nog twee had geraakt, de andere schoten hadden gemist. Of misschien wel raak, maar alleen een wond, en die dieren waren alsnog ontsnapt.
Toch drie dieren in totaal. Iole en hij zouden genoeg vlees hebben voor de komende dagen.

En toen bedacht hij dat ze één ding waren vergeten in het plan. De lijken waren buiten bereik. Eén stap buiten Ioles beschermende gebied had hem al bijna het leven gekost. Deze dieren waren enkele tientallen meters verwijderd. Hij zou het vlees niet kunnen halen.
Maar toen hoorde hij iets achter zich, een ritselend geluid. Hij keek om, en daar was Iole.
“Ik hoorde de schoten, dus ik kwam naar je toe, zodat we het lijk kunnen halen. Heb je er één kunnen raken?”
“Eén? Ik heb er zelfs drie!”

Hoofdstuk 17: Vloek

Eenmaal terug in de grot begon Iole direct de dieren te villen. Daarna haalde ze het vlees van de botten, sneed het in reepjes, en hing die boven een vuur om te drogen.
Maar daarna hadden ze tijd om te ontspannen. Terwijl ze wat van de vers geplukte bessen aten, zij aan zij naast het vuur gezeten, hadden ze tijd om te praten.

Melvin vertelde Iole over zijn leven, veilig Binnen in Basis. En over zijn werk: de tech Buiten monitoren, en naar Buiten gaan als er iets kapot ging. Hij wist nog steeds niet wat er was gebeurd, hoe zijn kruiper van het pad was geraakt.
“Ik denk dat mensen van mijn stam het hebben gedaan. Mijn voormalige stam.”
Ze zweeg even en Melvin merkte dat ze iets moest wegslikken.
“Ze proberen altijd voertuigen van Oudvolk in de val te lokken. Normaal lukt dat nooit, op een of andere manier merken jullie het altijd. Maar misschien is het deze keer wel gelukt, en hebben zij je van het pad af geduwd, in het ravijn.”

Zwijgend liep Melvin in zijn hoofd zijn acties van die fatale dag na, toen hij naar de zonnepanelen ging. Fatale dag? Geschrokken realiseerde hij zich dat het nog maar drie dagen geleden was. En twee van die drie dagen had hij op een grasbed gelegen, slapend, terwijl Iole over hem waakte.
Hij had alle systemen gecontroleerd. Hij had de juiste bestemming voor de automatische piloot ingesteld. Hij had gecontroleerd of ze op de goede weg waren. Hij had …
Kut!
Hij was vergeten het zogenaamde mutant-alarm te activeren, een eenvoudige infrarooddetector die hem zou hebben gewekt bij het detecteren van warmtebronnen die groot genoeg waren om een mens te kunnen zijn. Of, beter gezegd, mutant te kunnen zijn. Waarschijnlijk zelfs een aantal mutanten, als Iole gelijk had. Nee, een aantal nieuwvolk. Woorden zijn belangrijk.

“Maar hoe zit het dan met jou?” vroeg hij toen, “Waarom ben je hier, helemaal alleen? En waarom had je het over je voormalige stam?”
Geschrokken zag Melvin hoe het gezicht van het meisje betrok, hoe een traan opwelde in haar oog. Maar deze keer huilde ze niet. Ze snoof, veegde haar ogen af, en rechtte toen haar schouders.
“Sorry. Het gaat weer. En ik zal het uitleggen.”

En toen vertelde ze over hoe de mensen van haar stam hadden geleden onder haar gave. Of vloek, zoals zij het noemden. Hun jagers kwamen steeds met lege handen terug. Hoeveel kogels ze ook in een roofdier schoten, of speren, of welk ander wapen dan ook, het genas altijd op wonderbaarlijke wijze, en ontkwam. Tenzij ze vér weg gingen van hun normale jachtgebied, waar de krachten van Iole niet meer werkten. Maar dat was gevaarlijk terrein, en ze hadden al twee jagers verloren door tegenaanvallen van gevaarlijke dieren.

“Maar waarom deden ze het dan niet zoals ik het vandaag deed?”
“Nieuwvolk is aangepast. De lucht is niet gevaarlijk voor ons. Mijn mensen voelen niet waar mijn bescherming stopt.”
“Hoe wist je dat ik dat wel zou merken?”
“Ik … ik wist dat niet echt. Maar ik verwachtte het. En ik had gelijk. Maar laat me nu verder vertellen.”

De laatste druppel was minder dan twee weken geleden. Een tijgerleeuw was het kamp binnengedrongen. De mannen schoten erop, gooiden hun speren, en deden alles wat ze konden om het te verwonden, te doden, of op zijn minst weg te jagen. Maar het was alsof het dier wist dat het veilig was. Het bleef ongestoord doorlopen, tot het het huis van de pasgeborenen vond, binnendrong, en daar zijn prooi vond en doodde.

Opnieuw vloeiden Ioles tranen, terwijl ze het moment herbeleefde dat ze daar zat, wanhopig de overblijfselen van een baby tegen elkaar drukte, probeerde haar krachten te focussen, probeerde een leven te herstellen dat was vernietigd, terwijl jagers tegen haar schreeuwden, ouders har vervloekten, en ouderlingen dreigden haar te verdrijven als ze niet in staat was om voor één keer was haar vloek ten goede te gebruiken in plaats van ten kwade. Niemand die nog dacht aan de vele gewonde stamleden, die alleen dankzij haar hadden overleefd. Niemand die zich de vele zieken herinnerde die zij had genezen.
Haar bestaan bracht de stam in gevaar. Ze bracht de jagers in gevaar, en nu had ze de dood van een pasgeborene veroorzaakt. Ze moest gaan. Ze werd verbannen.

Hoofdstuk 18: Overleven

“Totdat ik jou redde, leefde ik van het eten dat ik mocht meenemen. Het was al bijna op. Ik kon water bijvullen, en had al eerder bessen geplukt. En ik had wel geprobeerd om te jagen, maar … nou ja.”
Ze tikte tegen haar hoofd en hart, in een intussen vertrouwde beweging.
“Dit is de eerste keer dat ik vers vlees heb.”
“Wat zou er dan zijn gebeurd als je me niet had gevonden?”
Ze haalde haar schouders op.
“Dat heb ik je al gezegd. Je zou dood zijn gegaan.”
“Ja, dat weet ik. Maar ik bedoel, met jou. Op alleen bessen kun je toch niet overleven?”
Iole haalde opnieuw haar schouders op.
“Ik zou ook dood zijn gegaan, denk ik. Mijn kracht zou me lang in leven houden, zelfs terwijl ik verhonger. Maar uiteindelijk was ik dood gegaan.”

“Zie je wel? Het was wel het lot. Ik had gelijk. Ik zou zijn gestorven zonder jou. Jij zou zijn gestorven zonder mij. Samen kunnen we leven. Wij beschermen elkaar. Dit was zo bedoeld.”
Iole haalde alleen maar haar zijn schouders op.
“Toeval, Melvin. Puur toeval. Er is geen lot.”
En toen stond ze op en pakte strook na strook van het nu volledig gedroogde vlees, om die in haar rugzak te stoppen. Melvin stond ook op om te helpen.
“Maar het is waar dat we alleen samen kunnen overleven. Jij kan niet ademen zonder mij. Ik kan niet jagen zonder jou.”

Ze namen de laatste reepjes vlees terug naar hun plek bij het vuur, en Melvin ging weer zitten.
“Dus we moeten bij elkaar blijven? Voor altijd?”
“Wie kent de toekomst?” antwoordde het meisje, terwijl ze op Melvins schoot ging zitten, haar zachte billen zachtjes tegen zijn lul gedrukt, die onmiddellijk begon te reageren, “maar op dit moment wel.”

Het was duidelijk dat ze voelde hoe Melvins geslacht tegen haar kont drukte. Met één hand bleef ze het vlees vasthouden waar ze aan knabbelde, maar haar andere ging naar beneden, vond zijn mannelijkheid, en begon hem direct heerlijk te masseren.
“Ik hoop dat je het niet erg vindt dat je bij me moet blijven?” vroeg ze op verleidelijke toon.
Hij grijnsde. Hij at zijn vlees op en sloeg toen zijn armen om haar heen, waarbij hij met één hand zachtjes haar linkertepel masseerde, en met de andere hand lichtjes haar schaamlippen streelde.
“Helemaal niet. Ik kan me geen beter lot wensen.”
“Toeval, geen lot!”
“Oké. Ik kan me geen beter toeval wensen.”
En toen pakte hij haar lichte lichaam op, en droeg haar moeiteloos naar het grote grasbed.

Hoofdstuk 19: Smaak

Voorzichtig legde Melvin Ioles slanke lichaam op het grasbed. Zijn plan was duidelijk. Hij wilde nog eens tussen die prachtige benen duiken, haar schoonheid proeven, eerst met zijn ogen en daarna met zijn tong, zoals hij haar heerlijke nectar zou oplikken, rechtstreeks uit de bron.

Maar Iole had andere plannen. Met een kracht die hij niet had verwacht van zo’n klein meisje, duwde ze Melvin op zijn rug. Hij had zich kunnen verzetten als hij had gewild, maar hij besloot mee te spelen, om te kijken wat haar plannen waren. Hij dacht dat hij het wist, toen haar hand vastberaden zijn al half stijve lul pakte, en hem liefdevol tot volledige hardheid streelde.
Maar toen verraste het meisje hem, toen ze naar beneden schoof, naast hem knielde, voorover boog, en hem zonder enige aarzeling tussen haar zachte lippen nam.

Melvin kreunde goedkeurend toen hij de tedere lippen van zijn jonge minnares over zijn lengte voelde glijden. Haar tong streelde zachtjes het gevoelige topje. Diepe kuilen vormden in haar wangen, terwijl ze haar mond vacuüm zoog, waardoor hij nog meer genoot.
Melvin was in de hemel. Hij was wel vaker gepijpt, en dat was meestal erg fijn geweest. Maar nooit zoals nu. Was het omdat zijn illegale partner nog zo jong was? Was het vanwege haar ongelooflijk sexy lichaam? Was het het compromisloze enthousiasme waarmee ze haar hoofd gretig op en neer bewoog over de lengte van zijn staf? Was het de deskundige manier waarop ze haar tong gebruikte om zijn plezier te vergroten, of de zachte kriebeling van haar vingernagels op zijn balzak? Waarschijnlijk een combinatie van dit alles.

Hij wilde dat het lang zou duren. Hij wilde zijn plezier verlengen. Maar het lukte niet. De gevoelens die door zijn lichaam raasden, de heerlijke tinteling, beginnend in zijn penis en zich van daaruit door zijn hele lichaam verspreidend, was teveel. Hij voelde zijn orgasme naderen.
“Ik kom bijna klaar!” riep hij uit, terwijl hij haar hoofd van zijn op springen staande pik duwde.
“Goed zo!” glimlachte ze.
Ze duwde toen zijn handen weg en daalde snel weer neer op zijn lul. Ze gebruikte haar handen om de onderkant van zijn lul te masseren, waarbij ze de huid op en neer trok, tegelijk met het op en neer gaan van haar hoofd, terwijl haar tong opnieuw zijn magische dans op zijn gevoelige eikel deed.

En toen barstte Melvins orgasme los. Hij schreeuwde van genot, toen zijn pik straal na straal van zijn kleverige sperma in Ioles mond afvuurde. Ze slikte, zoog, slikte nog eens, en deed dat perfect synchroon met Melvins spuiten. Geen enkele druppel kwam uit haar mond, ze ving al zijn sperma op, slikte het allemaal door.

Uiteindelijk zakte Melvin in elkaar op het bed, uitgeput van dit heerlijke orgasme. Enkele lange minuten lag hij daar, zachtjes over Ioles zachte huid aaiend, terwijl ze zijn steeds kleiner wordende lul streelde, en de laatste druppels eraf likte.

“Waarom deed je dat?” vroeg hij eindelijk, toen hij weer voldoende op adem was.
“Deed ik wat? Je pijpen?”
Iole haalde haar schouders op.
“Ik hou van pijpen. Pijpen voelt lekker voor jou. Ik vind het fijn om je een lekker gevoel te geven.”
“Ja, nou, oké. Dat snap ik. Maar dat bedoel ik niet. Ik gaf je een waarschuwing. Ik duwde je hoofd weg, zodat je het niet in je mond zou krijgen. Maar toen nam je het toch in je mond. En je slikte het door. Dat was niet nodig. Het is oké als je dat niet wil.”

Iole keek Melvin aan, haar ogen groot van verbazing.
“Jullie oudvolk zijn echt raar. Slim genoeg om tech te gebruiken. Maar dan zo dom dat je dit zegt.”
“Hoezo? Wat bedoel je?”
“Vanochtend, toen je mij likte. Vond je dat fijn? Vond je de smaak van mijn sapjes lekker? Heb je het ingeslikt?”
“Ja! O god, ja! Het was geweldig om je te laten klaarkomen, en je smaakt daar heerlijk!”
“Hoe kun je dan zeggen dat je mij graag proeft, en tegelijkertijd niet begrijpen dat ik jou graag proef?”

Melvin keek haar aan. Opnieuw verbijsterd door de effectiviteit van haar kinderlijke logica. Er was niets dat hij er tegenin kon brengen. Het was gewoon logisch.
Iole wachtte niet op een antwoord. Ze klom bovenop hem, schrijlings op hem, er liet haar haarloze kutje op zijn slappe lul zakken.
“Je kan hem maar beter snel weer hard maken, meneer Melvin! Ik wil je in mij!”
En tot zijn verbazing voelde Melvin hoe de vochtige hitte van Ioles minderjarige kutje zijn pik weer overeind liet komen.
“Tot uw dienst, juffrouw Iole,” grapte hij, terwijl hij bij haar naar binnen gleed.

Hoofdstuk 20: Ochtend

Iole was al wakker toen Melvin ontwaakte. Ze glimlachte en zoog zijn lul tot hij lekker hard was. Maar ze liet hem niet klaarkomen. Ze liet zich op handen en voeten zakken, en smeekte om een goede en harde neukpartij, die Melvin haar maar al te graag wilde geven.
Daarna gingen ze naar het meer om zich schoon te wassen. Iole gebruikte haar hand om, zoals ze het zelf zei, ervoor te zorgen dat Melvins lul perfect schoon zou zijn. En daardoor werd Melvin alweer hard, tot zijn grote verbazing. Iole giechelde alleen maar, terwijl ze op het gras ging liggen met gespreide benen, klaar om weer geneukt te worden.

“Het is raar, normaal krijg ik hem nooit zo snel weer overeind. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit zo vaak ben klaargekomen in slechts twee dagen.”
Iole glimlachte ondeugend, en maakte toen het bekende symbool door eerst op haar hoofd te tikken en vervolgens een hand tegen haar hart te drukken.
“Misschien omdat ik je help te herstellen?”
Melvin veegde haar hand weg van haar hart en legde toen zijn eigen hand daar neer.
“Ja, dit heeft er zeker mee te maken,” lachte hij, terwijl zijn vingers zachtjes Ioles linkertepel masseerden, “maar ik denk dat de andere reden een stukje lager zit.”
En met die woorden ging hij op zijn knieën zitten, kuste het meisje tussen haar benen, en haalde zijn mond daar pas weg toen ze drie orgasmes had gehad. Hij had wel door willen gaan, maar ze duwde zijn hoofd weg en eiste dat hij haar flink zou neuken, en haar nog een lading van zijn sperma zou geven, een verzoek dat Melvin haar niet kon weigeren.

Hoofdstuk 21: Plannen

“Maar goed. Wat nu?”
Iole slikte de laatste hap van haar ontbijt door, en draaide haar hoofd naar Melvin. De manier waarop haar haren zachtjes over zijn kruis aaiden door die beweging voelde fijn, maar niet genoeg om zijn mannelijkheid nieuw leven in te blazen. Nog niet. Zelfs met zijn verhoogde libido had hij nog steeds zijn grenzen.

“Wat bedoel je, wat nu?”
“Ik bedoel, wat gaan we nu doen. Ik ben genezen, dus we hoeven hier niet te blijven. We kunnen reizen.”
“Ja dat kan. Maar waarom zouden we? De grot beschermt ons tegen regen. Er is genoeg fruit. Als het vlees op is, kan jij weer jagen. Er zijn nog veel kogels, en ik kan je leren pijlen te schieten. We zijn hier veilig.”
Melvin overdacht haar woorden in stilte.
“Ja …,” begon hij langzaam, terwijl hij de woorden uitrekte voor extra tijd om zijn gedachten te ordenen, “… ja, we zijn veilig. Maar stel je echt voor dat we gewoon niets doen? De hele dag, elke dag?”
“Niets. Of iets.”
En met een onzedelijke glimlach pakte ze Melvins hand, die achteloos haar zachte buik streelde, en leidde die naar de kleine honingpot tussen haar benen.

Twintig minuten later gingen ze weer zitten, Iole was bezweet, maar gelukkig en Melvin genoot van de zoete smaak die nog op zijn tong zat.
“Het is heerlijk om seks met je te hebben, Iole. En het klinkt geweldig om gewoon hier bij je te zijn, seks te hebben, te ontspannen, en fruit te verzamelen of te jagen wanneer dat nodig is. Maar ik heb het gevoel dat we meer moeten doen.”
“Waarom?”
“Ik weet het niet. Het lot heeft ons bij elkaar gebracht, en …”
“Niet het lot! Toeval.”
“Hoe je het ook wilt noemen. We zijn nu samen. Jij hebt een gave die alle mensen ten goede kan komen, zowel oudvolk als nieuwvolk. Ik kan je terugbrengen naar Basis, Binnen. Jouw gave zou iedereen daar veilig houden. Dan hebben we minder tech en minder energie nodig om Basis veilig te houden. Die kunnen we dan gebruiken om jouw mensen aan een beter leven te helpen. Iedereen zou winnen!”

Iole zat een in stilte en schudde toen haar hoofd, een vermoeide glimlach op haar gezicht.
“Mijn mensen willen me niet. Ze hebben me verbannen.”
“Ja, maar … dat was omdat ze daar geen bescherming tegen wilde dieren hadden. Met tech zouden ze …”
“En jouw mensen willen me ook niet. Ben je al vergeten wat je als eerste dacht toen je mij zag, een mutant? Ben je vergeten hoe je direct naar je wapen greep?”
“Ja, maar … ik ben bij je! Mijn mensen kennen mij, en vertrouwen mij. Ik zal ze vertellen dat jij me gered en beschermd hebt!”

Iole zuchtte. Ze realiseerde zich dat ze Melvin nooit van het tegendeel zou kunnen overtuigen. Voor hem was hun toevallige ontmoeting het lot. Hij was ervan overtuigd dat ze voorbestemd waren om de mensheid te redden en zowel oudvolk als nieuwvolk naar een nieuwe toekomst te leiden. Ze gaf toe.

Hoofdstuk 22: Reis

Twee dagen later verlieten ze de grot. Ioles rugzak was tot de rand gevuld met voedsel. Melvin droeg een geïmproviseerde rugzak. Ze wisten niet hoeveel dagen ze zouden lopen, en ze wilden er zeker van zijn dat ze genoeg voorraad hadden.
Ze forceerden hun reis niet. Als ze een goede schuilplaats voor de nacht zagen, dan sloegen ze hun kamp op, ook al was het nog vroeg in de middag. Eén keer vonden ze geen schuilplek, en moesten tot de avond blijven lopen, om dan uiteindelijk in een boom klimmen om veilig te zijn voor de nacht. Alle andere dagen vonden ze een goede grot of andere schuilplaats.

Ioles libido was grenzeloos, en Melvin verbaasde zichzelf met zijn eigen uithoudingsvermogen. Er ging geen dag voorbij dat hij het strakke kutje van het meisje niet vulde met minstens twee kleverige ladingen, en er nog één in haar gretige mondje achterliet. Elke keer dat ze neukten kwam ze twee of drie keer klaar op zijn lul, en Melvins vingers en tong werden er nooit moe van om haar nog minstens een dozijn extra orgasmes te geven.
Het leven was goed. Afgezien van enkele opmerkingen, zo af en toe, als Iole klaagde dat ze in hun grot hadden kunnen blijven, voor nog meer seks, in plaats van uren door het verlaten land te lopen. Maar ze vroeg niet om terug te gaan. Ze wist wat Melvins antwoord zou zijn.

Eindelijk, na tien dagen reizen, meestal in de juiste richting, herkende Melvin oriëntatiepunten waarvan hij wist dat ze dicht bij Basis waren.
“We zijn er bijna!” fluisterde hij, terwijl hij Iole naar zich toe trok op een stukje zacht gras en het spleetje tussen haar benen streelde, “misschien nog een half uur. Ik wil je nog een laatste keer neuken voordat we er zijn!”
“Laatste keer?”
Iole fronste haar wenkbrauwen, zelfs terwijl haar handen Melvins stijve lul grepen en hem naar haar goed gesmeerde kutje leidden.
“Ik bedoel, nog een laatste keer hier, Buiten. Als we Binnen zijn, dan kan je in mijn huis wonen, en we kunnen zelfs in een echt bed neuken!”
“Oh. Dat is fijn. Een bed klinkt goed.”
Iole stopte met praten toen haar ademhaling sneller en zwaarder werd, terwijl Melvin zijn staaf hard in en uit haar jonge lichaam duwde.

Hoofdstuk 23: Thuis

“Mevrouw de commandant?”
“Ja, John?”
“We pikken beweging Buiten op. Het lijkt onze muren te naderen.”
“Mutanten?”
“Onduidelijk. Ze lijken een menselijke vorm te hebben, maar het zijn er slechts twee. Eén zo groot als een man en één die een kind zou zijn, als het mutanten zijn.”
“Vreemd. Ze vallen normaal gesproken altijd met honderden tegelijk aan. Blijf observeren en waarschuw me als ze dichterbij komen.”

“Mevrouw de commandant?”
“Ja, John?”
“Misschien wilt u zelf een kijkje nemen. Ik weet niet zeker of ik mijn ogen kan vertrouwen.”
Emilia Dawkins liep naar de wachtpost om het scherm te bekijken.
“Wat? Is dat …”
“Lijkt precies op hem, toch!”
“Ja, inderdaad. Lijkt precies op Melvin. En een onbekend mutanten meisje.”

Commandant Dawkins had een paar seconden nodig om na te denken. Toen wist ze wat ze moest doen.
“Melvin ging meer dan twee weken geleden naar Buiten. Zijn kruiper had energie en lucht voor vijf dagen. Met zijn pak kon hij het nog twee dagen extra rekken. Maar wat je daar ziet draagt niet eens een pak.”
“Bedoelt u …?”
“Ja, John. Dat is precies wat ik bedoel. Dat daar is niet Melvin. Melvin is dood. Dat weten we. Alleen mutanten kunnen Buiten overleven. Dat moet een mutant zijn.”
Ze grinnikte.
“Je kent Melvin ook. Hij zou nooit een mutant hier naar toe brengen. In elk geval niet levend!”

John zat stil, starend naar het scherm, in geschokte stilte.
“We weten dat mutanten nieuwe krachten ontwikkelen. Dit moet er één zijn. Het moet een vormveranderaar zijn.”
“Dus, wat doen we, mevrouw de commandant?”
“Het is duidelijk een aanval. Ze kopieerden Melvin, hopend dat we erin zouden trappen. Maar dat doen we niet. We doen wat we altijd doen als mutanten aanvallen. We schieten.”

Net toen Johns hand over de knop zweefde, zag hij op zijn scherm dat de vormveranderende mutant zijn hand opstak. Luidsprekers kwamen sputterend tot leven toen de buitenmicrofoons een stem oppikten. Zelfs de stem was precies gelijk aan die van Melvin.
“Niet schieten! Niet schieten! Ik ben Melvin Scott en ik wil …”
John drukte op de knop.

“Stuur soldaten naar Buiten. Ik wil dat de vormveranderaar wordt opgehaald, in een geïsoleerd onderzoeksgebied. We moeten de celstructuur analyseren om te zien wat deze nieuwe mutatie veroorzaakt.”
“En het meisje?”
“Zij was enkel een gewone mutant. Verbrand haar lijk, ergens ver weg van Basis.”

Epiloog: Lot

“Nog steeds geen resultaten?” vroeg Stevenson aan zijn hoofdbioloog.
“Niets, meneer,” gaf ze toe.
“Blijf zoeken. Blijf gewoon zoeken, verdomme! Op een dag zullen we het geheim vinden.”

De schok was groot geweest, toen uit celanalyse en DNA-monsters zonder enige twijfel bleek dat de vermeende vormveranderende mutant het echt tóch Melvin was geweest. Commandant Dawkins was uiteindelijk vrijgesproken van alle aanklachten. Door te reizen in het gezelschap van een mutanten meisje had Melvin zijn eigen doodvonnis getekend, daar waren de rechters het allemaal over eens. Als hij alleen was gekomen, dan had ze voorzichtiger moeten handelen. Het meisje aan zijn zijde was genoeg om haar vrij te pleiten van alle aanklachten.

“Kan ik extra budget krijgen, meneer?” vroeg de hoofdbioloog.
“Uiteraard! Dat weet je! De gouverneur was duidelijk. Alle middelen beschikbaar, onbeperkte financiering. We moeten Melvins stoffelijk overschot blijven onderzoeken. We moeten uitzoeken waardoor hij Buiten kon overleven zonder bescherming. Dat is de sleutel tot ons voortbestaan.”
“Jawel meneer!”

“Nog maar twee, misschien nog drie generaties,” mompelde Stevenson in zichzelf, nadat de hoofdbioloog zijn kantoor had verlaten, “voordat we geen energie meer hebben en omkomen. En ook de mutanten lijken over hun hoogtepunt heen te zijn, ook hun aantal neemt af. We moeten Melvins geheim vinden, als we een kans willen hebben om de mensheid te redden.”

Wat vond je van dit verhaal?

Laat een beoordeling achter!

Gemiddelde beoordeling 4.2 / 5. Aantal stemmen: 10

Nog geen beoordeling. Geef als eerste een waardering!

Jammer dat je dit een slecht verhaal vond!

Help ons verbeteren!

Wat vond je er slecht aan?

Auteur: P.D. Vile

Hoi! Ik ben P.D. Vile. Dat is natuurlijk niet mijn echte naam; die hou ik liever geheim. Ik schrijf al sinds 2019 pedo-erotische verhalen. Meestal in het Engels (voor andere sites), soms ook in het Nederlands voor hier - als vertaling of als origineel NL verhaal. Mijn verhalen zijn fantasie. Fantasie over seks met kinderen doet niemand kwaad. Gebruik alsjeblieft mijn fantasie verhalen niet als excuus om kinderen kwaad te doen! Wil je met me in contact maar liever niet voor iedereen zichtbaar in de reacties op de site? Mijn anonieme en veilige email adres is P.D.Vile@protonmail.com en ik beloof dat ik alle reacties die ik daar krijg vertrouwelijk zal behandelen. Ik probeer ook te antwoorden maar ben niet elke dag online. Sinds kort heb ik ook een "eigen" site, waar ik al mijn verhalen verzamel, zowel in het Nederlands als in het Engels. Op dit moment nog niet compleet, maar daar werk ik aan! Interesse? https://pd-vile.asslr.org/

4 gedachten aan “Wederzijdse bescherming”

  1. Geweldige schrijvers hier op deze site waar ik met respect naar op kijk en dan heb je PD Vile.
    Een schrijver die torenhoog boven alle schrijvers hier uit springt.
    Weerom een fantastisch verhaal waarna je hunkert naar het volgende deel
    Ik probeer ook mijn best te doen maar besef dat ik nog niet tot aan je enkels kom.
    Weerom dus een dikke vijf sterren waar tien sterren nog te weinig is.
    Het is uit kijken naar een volgend verhaal naar jou zoals een kind naar een snoepje verlangd
    Wauw

    Tuurtje

    1. Oh, wauw. Wat een lovende woorden. Ik ben er een beetje stil van. Dank je wel, Tuurtje!

      Een volgend deel van dit verhaal zal niet komen. Het is een afgerond verhaal. Sorry als je daar op had gehoopt.
      Maar uieraard komen er wel weer nieuwe andere verhalen. Of nieuwe delen van verhalen die nog niet af zijn. Ik kan alleen niet beloven wanneer.

  2. Goed verhaal.
    Moest er even inkomen. Houd niet echt van SF verhalen. Maar dit is een echt P.D. verhaal. Met een mooi en goed opgebouwd verhaal. 5 sterren.

    1. Dank je wel, Robbedoes!

      De meeste van mijn verhalen zijn geen SF. Maar ik sluit niet uit dat het wel vaker voorkomt. SF is voor mij een jeugdliefde, in mijn puberteit (nu een paar eeuwen geleden LOL) verslond ik SF boeken, op een gegeven moment zelfs twee abonnementen op de bieb (mocht niet echt maar kon wel als je het goed aanpakte) omdat ik met 1 abonnement niet genoeg SF boeken mee kon nemen om de week door te komen.

      Dus tsja. Dat zal best nog wel eens terug kunnen komen.

Reacties zijn gesloten.